Eén gulden en vijftig cent. Week 22. Dag 4

Lang, heel lang geleden telde ik de dagen tot ik in de zomervakantie één dagje met een bus naar een speelpark in Oud Valkenveen mocht. Het was een georganiseerd tripje, bedacht door een Kwakels comité genaamd: “De Jeugd van de Straat. Niet dat wij van onze ouders op straat mochten spelen, verre van dat. Maar een dagje ‘uit’ onder gezag, daar ging een hand voor over het hart. Dagen tevoren dacht ik na of mijn sneetjes brood voor die verre reis met kaas, suiker of jam in mijn trommeltje belandden. Flesje drinken? Misschien kreeg ik Ranja mee.

De trip kostte één gulden en vijftig cent, een rib uit het lijf van mijn moeders huishoudportemonnee.

De euforie van weleer voelde ik de laatste dagen opnieuw. Ik telde de dagen, nee uren, omdat ik na maanden welkom was bij de kapper om te knippen, te kleuren en te krullen.
Alleen kostte het gister iets meer dan één gulden en vijftig cent.

Willie,
4 maart 2021

This entry was posted in Corona, Perspectief. Bookmark the permalink.

Comments are closed.