Via Ferrata

Image‘Ja, natuurlijk.’
‘Vanmiddag dan?’
‘Is goed.’
‘Echt?’
‘Ik ben nog geen honderd.’
‘Even afwachten of het niet gaat onweren.’
‘Dat mag ik hopen.’
‘Wat voor schoenen heb je bij je?’
‘Bergschoenen en gewone oude schoenen die ik op de fiets aantrek.’
‘Dat gaat ’m niet worden.’
‘Oh, óók wandelschoenen, maar versleten.’
‘Je moet grip hebben.’
‘Heb ik niet…’
‘Ik kijk hier wel voor je. Welke maat?’
‘Achtendertig.’
‘Kijk, doe deze eens. Beetje wrikken, dan passen ze. Strak is goed, dag kun je op een smalle richel staan.’
‘Ehh?’
‘Je hebt geen hoogtevrees, toch?’
‘Nee, dat niet.’
‘En als je niet meer durft trek ik je omhoog. Hoeveel weeg je?’
‘……………’
‘Dan ben je een peulenschil.’
‘Nee, ik ben je moeder.’
‘Weet ik, daarom. Het is er mooi. Veertig meter onder de route stroomt de Onde. Het is een prachtige kloof.’
‘Kloof?’
‘Zeker. De bergredding kan daar moeilijk komen als er iets gebeurt.’
‘Oh.’
‘Kom we gaan.’
‘Ja.’
‘Durf je nog?’
‘Ja, ehh, natuurlijk.’

Met gepaste spierpijn drink ik na afloop een biertje.
Die ene blauwe plek als trotse herinnering.

Willie
L’Argientiere la Béssee
22 juli 2016

This entry was posted in Familie, Kinderen, Perspectief, Reizen. Bookmark the permalink.

Comments are closed.