Hugo

Gewapend met met een emmer, een tuinschaar en dichte schoenen trek ik de polder in. Op zoek raak de witte tuilen van de Sambucus. Zeg maar de vlier.
Het is net middag, de zon is er ook, en het is nog voor Sint Jan. Drie belangrijke factoren om de beste bloesems te bemachtigen.
De stad uit, de polder in, richting weiland en oever. Het lijkt me een makkie. In mijn herinnering zie ik een witte waas van bloeiende vlierstruiken, ik verwacht binnen een mum veel bloesems om liters sap te maken. Maar niet heus.
Na enkele kilometers, op de dijk langs de IJssel, is de emmer nog leeg. Ik tuur naar de horizon, observeer boerenhekken, ik bespied bomen en struiken. In de verte geen vlier, langs het boerenhek (daar stonden ze vroeger toch?) evenzo niet. Het meeste struweel is overwoekerd door de meidoorn. Ook een fantastische groenvoorziening, maar daar kan ik geen sap van maken. Alhoewel meidoornthee blauwe plekken laat verschieten en cholesterol kan verlagen, ga ik vandaag toch voor de heksenboom. Want de vlier, alias de heksenboom, heeft veel meer kwaliteiten. Daar weten heksjes alles van.
Uitgekookte vlierblommen kunnen de toekomst voorspellen, keelpijn verzachten, buikpijn elimineren, koorts en muggen laten verdwijnen. Aangenamer is om hun siroop op een zwoele zomeravond te drinken, met een flinke scheut gekoelde prosecco. Gaat een mens van flierefluiten.
De vrolijke vlier heeft ook een keerzijde. Judas verhing zich, omwille van zijn verraad, aan een Sambuscus. Alle andere bomen hadden geen zin in gedonder en wilden hun takken niet buigen. Ai, de klikspaan kon zijn strop niet kwijt, gelukkig bood de vlier de oplossing. Takken bogen richting Judas, zodat hij het touw kon bevestigen, daarna beroofde hij zich kordaat en testamentisch van het leven. Het verhaal wil dat in Drenthe ‘Judasoren’ groeien aan deze multifunctionele boom. Veelzijdig? Ja, want kom er maar eens om: drinken, verhangen, voorspellen of kwalen bestrijden. De vlier is niets te dol.
Terug naar mijn speurtocht, die uiteindelijk goed afloopt. Nabij een oude vervallen koeienstal stond een boom zo vol geladen…
Thuis kieper ik de hele massa in een teiltje, samen met zwermen vliegende, kruipende, krioelende beestjes. Het is me een drukte van belang, allemaal afgekomen op de geur van de bloesem. Geen wonder dat men vroeger vlieren bij de vleet pootte nabij afvoerputjes. Zo overtrof de ene reuk tenminste de andere. Ieder zijn smaak.
Met deuren en ramen wagenwijd open ontdoe ik de steeltjes en mogen de honderden piepkleine witte bloemen in een pan. Een dagje trekken, de massa door de passeerdoek, suiker en citroen erbij, koken en kokend in de fles.
Etiketje, doekje over de deksel, kleurig lintje: nu wachten op die zomeravond.
Dan zit ik met mijn eigen Hugo in de achtertuin, bubbelslekker!

Willie
20 juni 2013

This entry was posted in In en om de Keizerstraat. Bookmark the permalink.

Comments are closed.