ANW’Ben’

Ben heet hij. Dat komt goed uit, want zo kan ik hem ANW’Ben’ noemen. Een lange dunne gestalte van bijna twee meter staat op een koude winteravond voor de deur van ons vakantieadres.
‘Bent u Nederlandse?’
‘Ja, en dan bent u Ben.’ Wij zijn namelijk ingeseind door steunpunt Lyon dat we een chauffeur krijgen die luistert naar de naam Ben.
Daar is ie dan, de reddende engel. Precies zoals ik hem in mijn gedachten heb voorgesteld. Een schriele jong bejaarde Nederlander, in een keurige blauwe pantalon, die ietwat zwabbert rond zijn knokige knieën. Een wit T-shirt onder het lichtblauw-wit gestreept overhemd; het plaatje compleet gemaakt met een donkerblauw gestreepte pullover met de onafscheidelijke V-hals. Schoenen van degelijke makelij, gemakkelijk netjes en sportief. Vast allemaal uit de collectie van zijn werkgever.
Hij bezit een klein rolkoffertje, ook veilig donkerblauw, waarin, zoals de volgende dag blijkt, twee bananen, drie blikjes cola, een veiligheidshesje en een setje schroevendraaiers zitten. Natuurlijk, je bent veertig jaar lang wegenwachter geweest of niet. Een mens moet op alles voorbereid zijn, nietwaar?
Hij is een jongen van de weg, eentje van ‘Jan Stavast’. Het verblikt en verbloost niet meer zo snel. Alles al gezien en meegemaakt. Koppen van rompen, huilende tieners of brandende wrakken. Hartaanvallen in Benidorm of diesel met benzine verwisseld.
Nu doet hij aan repatriëring van gestrande vakantiegangers. Maar zijn verhalen blijven, kilometers lang vullen zij onze auto. Ik kan niet veel meer dan knikken en af en toe mee mijmeren in deze mij zo onbekende wereld. Maar Ben heeft meer noten op zijn zang. Vergis je niet. Hij weet ook oplossingen voor zware politieke vraagstukken en internationale kwesties. Ik tel af en toe maar de hectometerpaaltjes en leer op deze zonnige terugreis dat ik ook hier de stem van een deel van het Nederlandse volk hoor.
‘Ben, wil je een stuk chocola?’
Ben wil niets, Ben rijdt en rijdt. En veilig. We stoppen twee keer, dan moet hij plassen en drinkt een café-latte en stapt welgemoed en vrolijk weer achter het stuur.
Hij noemt manlief op de achterbank, met twee kussen onder zijn benen, zonder blikken of blozen de hele rit: de patiënt.
Patiënt, zit u goed?’
Patiënt wilt u even stoppen?’
‘Willie’, (wij zijn halverwege de lange rit familiair geworden) ‘kan de patiënt dit stukje lopen?’
Nou, Willie vindt van wel en de patiënt is ook even blij dat hij zijn achterbankpositie mag verlaten.
Hoe het zo gekomen is?
Door een onverwachte glij-manoeuvre van manlief op een blauwe piste. Niet een grootse gebeurtenis op een moeilijke afdaling of een roetsj op een rode. Nee, gewoon op blauw omgevallen.
Ja, ook kleine gebeurtenissen kunnen grote gevolgen hebben. Een van deze gevolgen was dus Ben, ANW’Ben’.
Wat een geluk dat zij bestaan, de ANW’Bennen’, zodat tout Nederland veilig thuis kan komen. Indien nodig.

Willie, 8 januari 2012
.

This entry was posted in Reizen. Bookmark the permalink.

Comments are closed.