‘Resjessie’

Doodstil is de natuur vandaag. Niets kan stiller zijn dan een herfstdag zonder een zuchtje wind. De zon straalt mistig over de verkleurde bladeren. Juist dat geheimzinnige laagje van doorschijnend licht maakt de middag ingetogen. Omdat ik zo van de herfst hou, ga ik op stap. Ik zoek een bankje bij de vijver van het park. Ik droog de zitting met een punt van mijn shawl en ga zitten. Om mij heen de oude beuken met alvast wat geel blad en de bejaarde eiken met hun bruinig af-val. Genieten van ‘afval’ in de herfst, op het bankje in ons park.
Vandaag valt er niet zo veel af. De wind slaapt. Slechts een paar gekleurde blaadjes dwarrelen spontaan naar benee. Soms blijft er een steken in een draad van een spinnenweb. Los van de tak, draaiend in het late zonlicht, belandt het herfstig blad zomaar op een kleverig draadje. Ik zie hoe de spin, getriggerd door het trillen van zijn web, als een haas tevoorschijn komt en in volle vaart op de buit duikt. Jammer en mispoes. Spin is geen vegetariër.
Aan de rand van de vijver staat een man van middelbare leeftijd te rommelen in het water. Met zijn schepnetje verstoort hij het kalm spiegelende wateroppervlak. Zijn grijze fiets staat tegen de eik geparkeerd. Uit de verlepte fietstassen steken preien. Vast net geoogst in zijn moestuin. In zichzelf gekeerd gaat hij heen en weer, heen en weer met het netje. De herfstnamiddagrust wordt niet verstoord.
Vanaf de brug komt een man, misschien wel kennis of oude kameraad, aan gepeddeld op een roestige damesfiets. Wat elastiekjes aan het stuur en de koplamp op half elf. Ik speel luistervink en grinnik om de discussie.
‘Al gevangen, Piet?’
‘Wat denk je?’
‘Die miljoen natuurlijk!’
‘Noh, ik heb liever luizen. Mijn vissen mottuh eten.’
‘Resjessie bij de luizen?’
‘Zeker te weten.’
De man stapt op en vervolgt zijn weg. Piet gaat door met luizen vangen en ik snuif de herfst op.

This entry was posted in Perspectief. Bookmark the permalink.

Comments are closed.