The golden lady

Van ons groot, ouderlijk gezin is mijn zus Jeane, vroeger Sjaantje, de derde in de rij.
Als klein, bedeesd meisje keek ik tegen haar op, want zij mocht al op de fiets naar een school, fier en ver buiten de dorpsgrens. Ik bleef achter het hekje.
Veel, vele jaren later kreeg zij verkering. Voor mij plotsklaps. Haar grote roerige mensenwereld kende ik niet, ik stepte nog op het erf en plukte boterbloemen voor het Mariabeeld in de meimaand. Ook kinderen leefden eenvoudig toen.
Goed. Terug naar de liefde.
In de week-ends vergaapte ik me aan haar amant, hij kwam van ver, bleef slapen in het bed van mijn broer en hij kuste haar in tersluikse ogenblikken. De mazzelaar.
Hij, de man uit Amsterdam, was groot, lang en mooi, droeg andere sokken dan mijn vader en broers en hij rook sjiek. In elk geval anders dan naar mijn vaders chrysanten, zijn scheerzeep of het bleekwater, dat wekelijks gebruikt werd om de werkhanden te reinigen voor de Dag des Heren.
Piet, die nieuwe jongen dus, opende voor mij nog een andere wereld, de wereld van de suikerzakjes. Welk een luxe, tegen betaling koffie drinken in een restaurant. Waar de suiker niet op een lepeltje lag, maar discreet verpakt was in zakjes. Mijn fantasie kon het nauwelijks bevatten. En toch waren de bewijzen, keurig gerangschikt, in mijn plakboek, aanwezig. Mijn grote zus op pad met haar verloofde, langs De Witte Bergen en De IJzeren Man. Tijdens hun zoete minnekozen boven de kopjes koffie werden lege suikerzakjes weggemoffeld in de haar tasje, passend bij haar sierlijke lichtgrijze mantelpak. “Voor mijn zusje”, zal zij misschien gezegd hebben, een beetje verlegen en een beetje beschroomd. Haar minnaar zal liefdevol geknikt hebben. Hij had geen kleine zus.
Nu is het kleine zusje heel groot geworden. Haar plakboek met suikerzakjes is verloren gegaan tijdens een van haar vele verhuizingen. Wat bleef en blijft is de fascinatie over de handel en wandel voor haar grote zus.
Haar grote zus, nog steeds met een gouden trouwring om haar vinger. Goud in de meest serieuze betekenis van het woord. Goud van vijftig jaar samen met minnaar, verloofde, man, partner en levensgezel. Geef hem maar een naam.
Enkele dagen geleden verraste ik, samen met vrouwen uit haar bewogen leven, Jeane. Zij werd listig geschaakt en wandelde onvermoed een vrijgezellenmiddag binnen.
Zij sneed de gouden bruidstaart, natuurlijk.
Zij traande en vermande zich, natuurlijk.
Zij proostte en bezorgde ons kippenvel, natuurlijk.
Zij verschoot van kleur, natuurlijk.
Zij noemde ons ‘rakkers’, natuurlijk.
Zij wilde maar niet geloven dat wij daar waren om met haar 50 jaar trouw te vieren.
Zij wilde maar niet geloven dat zij, als golden lady, werd opgehaald en thuisgebracht in een heuse limousine, compleet met haar gouden bruidegom en zijn rode rozen.
Mijn grote zus, the golden lady, voor nu en altijd.

Willie,
20 augustus 2011

This entry was posted in Familie. Bookmark the permalink.

Comments are closed.