Sinaasappelwortelsoep met limoen en koriander

Fier rechtop zit zij naast me. Ze telt nauwelijks 10 maanden en heeft plaats genomen op een zwartleren bank in het restaurant van de Bijenkorf in Amsterdam. Haar banaan krijgt nauwelijks aandacht, het pakje verantwoorde biologisch appelsap blijft nagenoeg onaangeroerd. Ze weet beter, ze ruikt en ze ontwaart een geur die op warm eten duidt.

Het is dinsdag, mijn oppasdag voor de kleine Hannah. In haar verbouwde huis ruikt het nog naar verf, de aannemer slaat nog spijkers en boort gaten dat het een lieve lust is. Een kamer is klaar, daar woont en slaapt en eet en leeft het jonge gezin. Bedje naast bed, lamp naast kaars. Kleding nog in een doos, vazen zijn nog leeg. Gordijnen liggen nog bij de Hema en de nieuwe bank wacht nog op financiering. Hannah deert het niet, zij wil slapen, ik bouw een tentje om haar bedje heen. Warempel, het lukt. Met haar duim gaat ze overstag en droomt en slaapt. Af en toe een diepe zucht, een kleine draai en ze duikt opnieuw weg in haar droomland. Ik waak over haar, ik nestel me onder een deken het grote bed. Buiten regent het pijpenstelen. Een nostalgische herinnering naar kampeervakanties blijft niet uit: regen bracht vaak oases van rust en omarming in de kleine ruimten van de “Zwerver” of de “Eureka tunnel”.
Lang duurt deze vervoering niet, de boor maakt een indringend geluid, het frontje onder de afwasmachine moet er toch vandaag in. Mijn kleine dromer wordt wakker. Ontroostbaar is zij. Moe van al die weken op camping, bij alle logeerpartijen bij opa’s en oma’s, had zij zich eigenlijk verheugd op een hele dag rust en slapen. -Live is what happens while you make other plans…- geldt zelfs al wanneer je pas tien maanden bent.
Door haar biggelende tranen heen doet ze haar best om handjes te klappen en naar haar boze bolletje te rijken, maar ik zie twee grote verdrietige oogjes.
“Kom op, Hannah, deze oma heeft wel voor grote vuren gestaan. Wie verdriet heeft moet plannetjes verzinnen. Wij gaan saam lekker naar de Bijenkorf.”
Al keuvelend hijs ik haar in een modieus broekje, neem alle benodigdheden op voorhand mee. Luiers, doekjes, appelsap (de verantwoorde), mobieltje, paraplu, banaan, bruinboterhammetje.
In het Vondelpark besluit de zon de regen te verdrijven, en de reuk van de natte bladeren, samen met het licht van de zomer, doet ons beiden goed. Natuur in al haar facetten. Hannah kirt en poogt een verhaaltje te vertellen. Haar zoete stemmetje: “Uhh, ietie, psliejjj, iettsj, mmmahhhh, immuun, ahhmm”. De Toren van Babel in optima forma.

Fier zit zij rechtop naast me. Pront en zeker van haar zaak. Haar banaan krijgt geen aandacht, evenmin haar sapje.
Die soep. Die soep die oma bestelde. Ze recht haar rug en als vanzelf spert zij haar mondje open. De lepel met sinaasappelwortelsoep met limoen en koriander verdwijnt achter haar drie-en-een-halve tandje. Schepje na schepje. Oma heeft het nazien.
Tegen vijven lopen wij terug, van honger peuzel ik de banaan en verorber ik het restant van het sneetje volkorenbrood. Mijn kleine meidje slaapt als een roos, met een warm vol soepbuikje. De schaduw van de Vondelparkse boomblaadjes speelt op haar bolle wangetjes.
Deze oma is een gelukkig mens!

Willie
9 juni 2008

This entry was posted in Geen categorie. Bookmark the permalink.

Comments are closed.