Suikerfeest in de Keizerstraat.

11 oktober 2007
Onze buurmanbakker is er op voorbereid. Torenhoog sieren zijn koekjes de etalage. Kunstig gestapeld op mooie borden, behoedzaam afgedekt met plastic folie. Per bord tel ik wel tachtig bruine zoetigheden. De honing druipt eraf, de suiker vormt een klein stroompje op de lichtgroene tegels.
Even waan ik me weer in Marrakesh. Het interieur verraadt kennis van de Marokkaanse cultuur, veel tegels, links en rechts en boven en onder. Begrijpelijke habitat voor een land met veel zand en zon en weinig water. Hier gaan praktische aard en slimme toepassing hand in hand. Niks geen Jan des Bouvrie, leven is niet inrichten, leven is overleven in grote delen van dit Noordafrikaanse koninkrijk.
Voor mijn buurmanbakker is het een gedurfde start. Hij heeft een mooi pandje, en zoals al gezegd, betegeld met liefde en smaak. Maar nu is het wachten op clientele. Onze stad, bovenal onze buurt, heeft inwoners genoeg die dromen van lekkere koekjes en andere zaken, gerelateerd aan de wetten van de Koran. Het gros van de vrouwen maakt hun baksels graag zelf, ik kan me het zo goed voorstellen. De keuken als plaats waar heimwee en herinnering samenkomt. Van de andere kant hebben veel dames zich ‘aangepast’ en hebben naast hun gezin een baan. Voor het traditionele koekjes bakken geen tijd. Ik zou zo zeggen: dan maar op naar Keizerstraat 51.
De uitbater is een optimistisch man. Alhoewel zijn bergen met suiker, honing, jam en chocola nog onaangeroerd lijken, gelooft hij erin. Vrijdag, dan gaat het gebeuren. Het Feest van Suiker is zaterdag. De maan staat in de juiste stand. Ofschoon sommige immans een discussie aangaan: het einde van de Ramadan kan namelijk per breedtegraad een dag verschillen! De praktische leven van alledag wint het hier van de ideologie. De Marokkaanse gemeenschap in Nederland luistert, slim, naar een astroloog. Zo kan iedereen bij iedereen met veel koek en suiker bij elkaar op een en dezelfde dag op bezoek. Met een klein beetje fantasie lijkt het op ons westerse Paasfeest. Nieuwe kleren, periode van vasten, familiebezoek en zeker niet weg te gummen: lekkernijen.
Goed. Terug naar de buurmanbakker. Zijn naam, in gouden letters, is nog niet verscheept vanuit Marokko. “Even nog belletjes plegen, weet je.” En dan zullen zijn letters sieren op de voorruit. LAHBAB, geliefde, kan ik in de toekomst elke morgen lezen wanneer ik naar mijn werk ga. Mooi toch?
“Wanneer profeet Mohammed vast zit eet hij drie dadels”. Deze uitspraak, exemplarisch voor het gesprek tussen buurman en mij, blijft mij achtervolgen. Wat? Zat Mohammed vast? In het gevang? Of in zijn hoofd met zijn denkbeelden? Taal opnieuw als een wig -bijna- tussen twee culturen. Vast zitten en vasten is voor onze oren een wereld van verschil, voor mijn buurman een hoge drempel.
Onze discussie waaiert alle kanten op. De kinderen, de ouders, de opvoeding, de twee tradities. Dat elke baby als een hoopje vrede wordt geboren kan ik ademloos beamen. Dat islam vrede betekent, dat hoop ik met hem. Wij filosoferen verder, de tijd is aan ons. Midden in het gehaaste westen van Nederland beleef ik hier mijn suikerfeest. Niet met honing, niet met suiker, maar met de rustige en serene uitdrukking in de ogen van onze buurmanbakker.

Willie

This entry was posted in Geen categorie. Bookmark the permalink.

Comments are closed.