“Groen moet je doen”

Onder het motto: “Groen moet je doen”, heb ik vorig jaar besloten de baksteentjes in onze achtertuin niet meer te ontmossen. Nu ligt er een groen tapijtje vrolijk te wezen en ik heb mijn rug een goede dienst bewezen. Het was eigenlijk een gebed zonder end, want mos op het noordwesten heeft het erg naar de zin. Het groeit tegen de klippen op. Na enkele weken moest mijn schrapertje vaak weer van de plank. En ik op de knietjes.
Nu is het groen wat de klok slaat, waarbij het natte voorjaar ook een duit in het zakje heeft gedaan. Of het slordig staat? Of ik eigenlijk geen hoge druk spuit moet huren? Ach, zie het als voortschrijdend inzicht.
Sommige mensen hebben mos op het dak laten aanleggen. Bij ons kostte het geen duit. Helemaal gratis, een cadeau van Moeder Natuur.

Mijn raam geeft een riant uitzicht op het mosgebiedje, daar word ik ontzettend vrolijk van. Het blijkt namelijk een marktplaats te zijn voor mezen. Zij vliegen af en aan, kijken eerst onrustig rond (geen stadspoes in de buurt?), gaan dan met hun kleine lijf en met hun pietepeuterige snavels verwoed trekken en rukken om plukjes mos los te krijgen. Dat is best een karwei, het neemt minuten in beslag.
Soms zie ik gebekvecht, want dat kunnen mezen ook, om een mooi pukje of plekje. Uiteindelijk vliegt de brutaalste met een snavel vol mossig gedoe weg naar het domein waar de eitjes gelegd gaan worden.  Keer op keer. Vlucht na vlucht.

Overigens is ons prieel nu een rommeltje, want sommige mezen zijn hebberig en verliezen tijdens de vlucht hun te zware pakketje. Kortom: geen aangeharkte tuin meer. Geeft niets, het wanordelijke aangezicht neem ik graag voor lief.

Mezen, komen jullie over een paar weken terug? Ja toch? Dan is hier de tafel gedekt. Want onder de moslagen leeft een leger kleine insecten, dat smikkelen en smullen belooft voor het jonge nageslacht.

Ik kijk er naar uit.

Willie, 25 maart 2023

This entry was posted in In en om de Keizerstraat. Bookmark the permalink.

Comments are closed.