Dag 44 in “sociale onthouding”

Vandaag, dag 44. Matjesdag

Toch begin ik er weer over. Over dat afgrijselijke woord: Woningsdag. Het klinkt niet, het klopt niet, het dekt de lading niet. Het is een goedkoop verzinsel. Een dag in een woning bestaat al helemaal niet. En als je, krap bemeten, driehoog achter woont, spreek je dan ook over een ‘woning’?
De koning is jarig. Stel je voor dat onze koning een vrouw was geweest, was het dan Woninginnedag geworden?

Kortom ik gruwel. Maar omdat ik niet verder wil jeremiëren én geleerd heb dat kritiek geven mag, mits je met een nieuw idee of voorstel of gedachtengoed komt, bij deze:
MATJESDAG.
Bekt lekker, de koning heb een corona’matje’ in zijn nek hangen, we hebben als keurige Nederlanders allemaal een mat voor de deur.
Voeten vegen, properheid, via de mat kom je binnen. In de woning (!) zeg maar.

Was ik eerder op het idee gekomen, ik had er goudgeld mee kunnen maken. Een order van, laat ik stellen, 5.000.000 oranje matten. Ook goed voor de economie.

De matten? Liefst van degelijk kokos, in het oranje. Met de tekst: “Matjesdag”. Alle Blokkers, Hema’s en andere warenhuizen zouden, de door mij ontworpen, voordeurmatten gaan verkopen.
Als iedereen vervolgens de feestelijk mat voor de voordeur legt, kleuren de straten, grachten, pleinen en stegen oranje, waar anders “kleedjes” zouden liggen.

MATJESDAG dus. Leve de Koning.

Morgen, dag 45. Picknick

Willie, 27 april 2020

This entry was posted in Corona, Perspectief. Bookmark the permalink.

Comments are closed.