Twee papegaaien

Zij is amper 17 jaar. Het jonge meisje uit Afghanistan. Haar spijkerbroek is van westerse snit, haar T-shirt en laarzen zijn van de laatste mode. Niet te duur gekocht weliswaar, maar wel 2007. Soms kleurt zij de lippen, maar altijd zijn haar doordringende kijkers donker omrand met kohl. Haar haren golven zwart over haar schouders. Zo nu en dan trekt zij met een ontluikend vrouwelijk gebaar de weelderige krullenbos naar achter en draait er een staart in. Mooi dat ze dan is…
Ze noemt me “juffie”. Ik vind het, met mijn bijna veertig dienstjaren, een eretitel. Voor dat zij in het volwassenonderwijs belandde bezocht zij schakelklassen, overbruggingsklassen, internationale klassen, aandachtklassen. Noem ze maar. Het mocht niet baten. Haar aandacht is ver, haar vermogen om een taal op te pikken nog verder. In de schier ontwarbare kluwen pubers op middelbare scholen raakte ze al snel haar draad kwijt. De snelheid van leven, de laatste mode, de mobieltjes, de sneakers, de i-pods, de kritieken op alles en iedereen, de discussies over idolen, het ging haar allemaal te vlug.
Thuis heerst een klimaat die niet de onze is. Vader is de baas. Geen discussie mogelijk, en hij speelt met zijn macht. Soms met zachte hand, vaker met harde hand. Maar de macht is onmiskenbaar aanwezig. Komend van die andere cultuur begrijpelijk, maar voor het meisje dodelijk. Onze democratische cultuur, huizend in onze genen, is voor haar onbegrijpelijk. Maar zij heeft er wel mee te maken. Haar Nederlandse leeftijdsgenoten in haar omgeving weten de weg in de wirwar van onuitgeproken normen en waarden, van regels en verboden. Meer mag wel dan niet, in haar Afghaanse kohl-ogen. In de beslotenheid van haar gezin is het krek andersom. Wanneer zij ’s morgens voor dag en dauw op haar krantenfiets stapt om haar werk te doen, is zij niet te onderscheiden van haar Nederlandse lotgenootjes. Extra zakgeld verdienen voor de fel begeerde merkjas, de brommer of de vakantie. Deze vergelijking gaat op tot de dag van uitbetaling. Vader int. Vader beheert. Vader geeft een gift wanneer het hem uitkomt: een zakje chips of een flesje cola. Dankbaar neemt dochter dan de zelfverdiende lekkernij aan. Want dankbaar is ze.
Dankbaar voor de zoektocht van vader naar een geschikte huwelijkskandidaat. Zeker. Hij is gevonden. Een zoon van haar tante, woonachtig in Duitsland. Geld speelt daar geen rol, met een Mercedes als statussymbool heeft hij een bezoek gebracht en heeft met een gouden ketting haar ontvankelijke hart veroverd. Vertouwend op de wijsheid van haar vader is ze nu verliefd en vraagt mij de mailen te corrigeren die zij hem zendt. Juffie.
Opgewonden verscheen zij gisterochtend in de les. Vrolijk beantwoordde zij vragen, stelde zich actief op en had zelfs een poging gedaan haar huiswerk tot een goed einde te brengen. Met verbazing slooeg ik het een en ander gade.
“Ehh, Edra, je bent zo vrolijk. Wil je ons vert….” Geen tijd om mijn vraag af te maken.
“Ik heb twee papa-gaaien. Mijn vader gekocht.”
“Ik hoor het goed: papegaaien?”
“Ja. Morgen neem ik ze mee, want ze moeten nog leren praten. En dat kan hier”.
Juffie verslikt zich bijna, poogt daarna haar lach te onderdrukken en gaat er vanuit dat haar overredingskracht voldoende is om te voorkomen dat onze school een dierentaalschool wordt.

Willie,
11 maart 2007

This entry was posted in Geen categorie. Bookmark the permalink.

Comments are closed.