Kleuren maken de dag.

Mijn schelpenwitte jurk steekt wat af tegen de grauwe lentelucht. Het weer werkt niet helemaal mee. Eind mei en veel regen. Eind mei en storm en ander ongerief.
Het huis in Woubrugge is klaar voor het afscheid. In de woonkamer zijn voor dit festijn hoge statafels met genoeglijke kleedjes geregeld. De tafels vormen een muurtje zodat de -voor verhuizing gereedstaande- dozen even in het niet vallen. Dozen waar voor enkele weken mijn leven in verpakt zit. De geleende wijnglazen en potjes met blommen uit de tuin tronen boven deze Winkel van Sinkel uit. De soep pruttelt en in alle uithoeken van het huis dringt de geur van de verse kruiden in neusgaten.
Lang heb ik naar deze dag uitgezien. Even zo lang heb ik deze dag willen overslaan. Ik ben niet zo’n held in het afscheid nemen. Buren, kennissen en vrienden: ik heb zo mijn plannen om de dag goed en zonder natte ogen door te komen. Wanneer de eerste gasten zich melden en de kurken worden getrokken word ik vrolijker en overmoediger.
Wat nou, afscheid met tranen! Wat nou, verlaten! Wat nou, partir c’est mourir un peu!
De toekomst lonkt in de ogen van mijn Rick. Samen en opnieuw, samen met uitdagingen en samen met onze idealen. We verhalen aan iedereen die het horen wil van onze eerste ontmoeting, we luisteren naar oude Woubrugse herinneringen. Een ratjetoe aan gespreksstof, de milde sfeer van het moment doet me gloeien van geluk.
Cadeautjes zijn er ook: felle snoepjes om het verhuizen te verzachten; sterke chocolade voor de kracht; kaarsjes voor in onze nieuwe vensterbank in Gouda(!); thee om de verhuisstof mee te lijf te gaan; de plaatselijke uilenkerk gevat op een delftsblauwe beker; wijnen in rood en wit; boekenbonnen en beloofde bomen en planten voor in de tuin. Een kaart van Gouda, zodat ik in juni rechtstreeks thuiskom, een geen verdwaalsessies onderneem tussen singels en grachten.
Voor mij onverwacht, voor hen niet: zijn er bij, mijn kinderen. Hedderik en Simone; Marieke en Carlos; Sofie en Steven en vergeet vooral de kleine Micki niet. De verre Fransoos et sa copine laten weten dat zij vanuit de bergen aan ons denken. Soms haat ik fysieke afstanden…
Mijn heldendom strekt niet erg ver als het gaat over goede herinneringen. Herinneringen aan het wandelen in de polder, de grote en de kleine ronde. Het witte bruggetje omsingeld met manshoog fluitenkruid. Zoveel uren gewandeld met kinderwagen, met de bolderkar. Met driewielers en soms later met veel gesprekken en luisterend oor. Aan het haventje met de ijsjes, aan de zwemplaats met de ligweide en het vlot. Zwemmen in de late avonden, de zon bijna onder. Aan de winter met zijn kerstzang in de uilenkerk, de bakker met de overheerlijke broodjes op de verse zaterdagochtend. Aan de dierendokter die zo goed en lief voor al onze huisdieren is geweest. En er zijn er wat de revue gepasseerd: kippen, konijnen, hamsters, witte muizen, goudvissen, cavia’s, wandelende takken, een aantal poezenbeesten, een tweetal trouwe hondjes. Keer op keer door het viertal betutteld, onderricht, afgericht en soms doodgeknuffeld. Dan nog de echte wilde dieren: de slakken voor de slakkenrace, een eenzaam verlaten eendje in een emmer, kikkerdril in de slootjes, uilen oehoe-end richting (jazeker) uilenkerk, spinnen voor de biologieles, een dode haas ter determinatie, lieveheerbeestjes voor in een jampotje, wormen voor de visser en vogeltjes aan de vetbollen in onze besneeuwde tuinen. Ja, tuinen waren er ook, in verschillende grootten. Postzegelmaat of campingweide, elk had zo zijn mogelijkheden. Mijn laatste tuin is beroemd om de bloemen in kleuren en maten, in soorten en variëteiten. Een dierbare herinnering die samen valt met de imaginaire geur van de zomer-familie-barbeque.
Memories aan de de spelen en spelletjes op warme avonden. Verstoppertje op de dijk, tikkertje in de straat, tenten bouwen en kamperen onder de rook van huis en haard. Stoepieranden en waterballonen overgooien, belletje-trek of geheime verhalen vertellen in een boomhut. Vissen, dat was van Rogier, hij deed het met volle overgave.
En dan ineens: vandaag is de laatste dag voor ons samen in dit dorp. Zij zijn er dus bij, mijn kinderen. Met cadeaus.
“Niet meer schaapjes kijken”, heeft Marieke vertaald in en heuse schaapmeneer en schaapmevrouw van klei.
“Als je om je heen kijkt zie je dat alles gekleurd is”, Sofie vat het letterlijk op, ik ben vanaf vandaag de trotse bezitter van een magnifique kleurdoos .
“Willie, proost op een gelukkig en mooi leven in Gouda” wenst Hedderik mij, terwijl ik een vrolijke tas van het cadeaupapier ontdoe en mijn laatste tranen wegveeg….

Willie
Woubrugge, 29 mei 2006

This entry was posted in Geen categorie. Bookmark the permalink.

Comments are closed.