Stil, sneeuw en gevolgen.

Het is hartstikke stil als ik wakker word. Geen zacht gebrom naast me, klopt, manlief is een weekje in Afrika. Geen telefoontjes van kinderen, want zij zijn ook allemaal “abroad”. Hetzij zonnebaden op de Antillen, hetzij skiën in de sneeuw. Welbeschouwd: nestvlieders dus. Niemand uitgezonderd.
Zij pakken hun valiezen, geven dikke zoenen en komen te zijner tijd weer weerom. Allicht. Vol met verhalen en avonturen die er vaak niet om liegen.
“Het was warm, of koud. De weg soms slecht. Er was veel ouwe meuk te koop tegen exorbitante prijzen. De mensen vriendelijk en het eten bijzonder”.
Daarna komt meestal, die ene en mooiste herinnering van een onverwacht vergezicht, over de beste prestatie of het oog in oog staan met een onverschrokken wild dier. Wanneer een blik op de laatste foto’s is geworpen, broeden man en kind stante pede op nieuwe enthousiaste plannen.
Het is dus vandaag stil in huis. Ook van buiten komen geen klanken, mede door het stevige pak sneeuw dat vannacht is gevallen. Sneeuw heeft gevolgen. Het absorbeert geluid, bedekt het straatvuil, en al wat mooi is wordt nog mooier. Sneeuw is ook heel democratisch: “Koning, keizer, admiraal”, iedereen glijdt uit, iedereen glibbert naar de plaatselijke kruidenier, iedereen krijgt blossen op de wangen.
Die blossen op mijn wangen verdien ik door vandaag een lange wandeling te maken langs de oevers van de Hollandse IJssel, terwijl de sneeuw op het koude water mee ebt en vloedt. Mijn pad voert eventjes door de oude binnenstad, ik ga richting Haastrecht. Het is weekend, de zoutvoorraad is op de bon, dus elk steegje heeft middeleeuwse charme: Hendrick Avercamp lijkt rechtstreeks uit het museum gekuierd te zijn…
Mijn route loopt verder, langs het kerkhof. Ook hier heeft de sneeuw zijn invloed. Is het er minder verdrietig? Leed, pijn en smart vandaag onder een twinkelende witte deken? Ik weet het niet, maar ineens vind ik zwart wel een heel droeve kleur om je liefste te gedenken.
Enkele kilometers verderop heeft de plaatselijke overheid een bord geplaatst met de drieste tekst: “Hier wordt niet gestrooid”. Dat we het maar weten, brekebenen en overmoedigen, opgepast: boontje komt om zijn loontje en hoogmoed komt dit keer letterlijk voor de val. In mijn jaszak is een schroevendraaier geen standaarduitrusting, jammer. Plots vraag ik me of Sinterklaas het als verbodsbord zou lezen. Een dikke prent voor elke hand pepernoten, gegooid in elke hoek?
Lang bedenktijd heb ik niet. Terwijl de sneeuw onder mijn schoenen kniepsert, wenst het CDA iedereen, vanaf een weilanden-affiche, een respectvol 2010 toe. Als een soort doorgeefluikje staart JP mij vrolijk en fris aan, ofschoon de sneeuw ook hier een gevolgje maakt. Op zijn uilenbrilletje plakken wat sneeuwvlokken. Het geeft onze MP een weerbarstige look, zij het miniem. Ik kan een grijns niet onderdrukken, glimlachen om die man doe ik niet. Niet om zijn politiek, niet om zijn voorkomen.
Knieps, knieps. Stap, stap, knieps. Ik kom er niet uit. Hoe kun je een voorbijganger een respectvol jaar toewensen? Krijg je dat zomaar? Is het de ander die aan de slag moet? In gedachten herschrijf ik de slogan: Geef respect in 2010. Want wensen is makkelijk, wensen is afwachten. Geven is actie, geven is daden. Misschien iets teveel van het goede voor de mannenbroeders en gezusters?
Het is stil in huis, mijn schoenen, nat en koud, verruil ik voor bonte sloffen.
Mijn wangen blozen.

Willie,
30 januari 2010

This entry was posted in Verhalen. Bookmark the permalink.

Comments are closed.